Stel de kamerthermostaat staat op 20 °C ingesteld. Dat betekent dat de brander uit gestuurd wordt op het moment dat het 20 °C is in het vertrek. Omdat het tijd kost voordat de warmte die in de ketel wordt opgewekt naar de radiatoren stroomt, en het eveneens tijd kost voordat die warmte afgegeven is, zal de temperatuur in de ruimte doorschieten nadat de brander uitgeschakeld is. Dit noemt men overshoot. Zou men daar niets aan doen, dan zal de temperatuur in de vertrekken steeds variëren tussen de 21 en 19 °C, en dat ervaart men als onaangenaam.

Modulerende kamerthermostaat

Die laten de ketel direct minder hard branden, op het moment dat de gewenste kamertemperatuur in bereik ligt. Ook beginnen ze eerder met branden als de kamertemperatuur te laag dreigt te worden. Dat geeft een mooie kamertemperatuur zonder schommelingen.

Een te groot radiatorvermogen

Hoe meer radiatoren, hoe makkelijker het huis warm kan worden. Maar als het radiatorvermogen van de woonkamer veel groter is dan het radiatorvermogen van de andere kamers, kan de woonkamertemperatuur doorschieten. De watertemperatuur van de ketel zou eigenlijk omlaag moeten, en dat kan wel voor de woonkamer, maar dan is het elders te koud. De goede oplossing is dan als zo vaak, waterzijdig inregelen, en wel zo, dat de ΔT in de woonkamer groter is dan elders.